Graanbanken tegen ondervoeding
In het hart van de Sahel, volledig omgeven door land, ligt Mali. In 2024 zullen hier naar schatting 8,8 miljoen mensen humanitaire hulp nodig hebben. Dat is meer dan 40% van de bevolking, en meer dan de helft daarvan zijn kinderen.1
Als gevolg van de klimaatverandering en de heersende onzekerheid nemen armoede en hongersnood immers alsmaar toe. Vrouwen worden daarin vaak onevenredig zwaar getroffen; voedselonzekerheid komt dan ook vaker voor in gezinnen van alleenstaande vrouwen.
© Plan International
Hier in onze gemeenschap hebben vrouwen het erg moeilijk om in hun eigen behoeften te voorzien. Dat heeft een invloed op het hele gezin, en zeker op de kinderen. We werken erg hard om voor onze kinderen te kunnen zorgen, maar helaas is dat niet genoeg.
- Mevrouw Koné, hoofd van een vrouwenvereniging in Dioïla.
Graanbanken tegen voedselonzekerheid
Als antwoord op die terugkerende voedselonzekerheid ondersteunde Plan International zes vrouwenorganisaties om graanbanken op te zetten in hun gemeenschappen. Dat zijn gemeenschappelijke opslagplaatsen die graan tijdens de overbruggingsperiode (van juni tot september, net voor de nieuwe oogst) beschikbaar maken voor de groepsleden. Het systeem is vergelijkbaar met dat van spaargroepen: na elke oogst doen de vrouwen een bijdrage van 250 kg maïs, die in de gemeenschappelijke graanbank wordt bewaard. Wanneer een gezin dan tijdens de overbruggingsperiode geen eten meer heeft, kunnen ze een beroep doen op de graanbank.
Als een vrouw voedsel nodig heeft, komt ze naar ons, en wij geven haar een zak maïs van 100 kg. Die moet ze dan na de volgende oogst terugbetalen, met een interest van 10 kg. Dankzij dit systeem hebben kinderen nu altijd iets te eten. Als je eten nodig hebt, kom je het gewoon halen bij de bank.
- Maimouna leidt de graanbank in haar gemeenschap.
Praktische organisatie en opleidingen
Maïs moet correct bewaard worden, anders gaat het rotten. We toonden de deelnemers hoe ze het graan correct moeten verpakken, hoe ze de opslagruimte moeten poetsen, en hoe ze de zakken maïs moeten stapelen. Daarnaast is het erg belangrijk dat ze geen vuil graan aanvaarden, enkel schoon graan komt binnen.
- Salif Konaré, het hoofd van de landbouwsector in Dioïla.
We begrijpen nu de mechanismen achter het beheer van de banken en de voorraden, en kregen inzicht in het kopen en verkopen van graan.
- Maimouna vertelt dat de deelnemers ook een opleiding boekhouden kregen.
Ten slotte kregen de vrouwen ook les in de productie van gewassen. Nu zijn ze op een duurzame manier gewapend tegen de voedselonzekerheid in de overbruggingsperiode.
Maïs is de voornaamste voedselbron in ons dorp, maar de teelt verliep moeizaam. Om dat probleem op te lossen, kregen we niet alleen zaad en meststoffen, maar ook opleidingen over de beste teelttechnieken. Tegenwoordig produceren we 30 tot soms zelfs 40 zakken maïs per hectare, vroeger waren dat er amper 10 tot 15.
- Bintou, een boerin uit Dioïla.
© Plan International
De graanbanken zijn een baken van solidariteit en sociale cohesie in de fragiele context van de crisis in Mali. Dat vrouwen nu graan kunnen gaan lenen bij de bank, maakt hen weerbaarder tegen hongersnood, en beschermt hen tegen de stijgende voedselprijzen. Zelfs de armste vrouwen kunnen er in tijden van schaarste toch voedsel kopen voor hun gezin.
Het project: zes graanbanken in zes gemeenschappen
Dit project vloeide voort uit de steun van Plan International aan jonge maïsproducenten in Mali. Zij krijgen droogtebestendige zaden en meststoffen, maar ook opleidingen over nieuwe landbouwtechnieken en over hoe ze zich aan de klimaatverandering kunnen aanpassen.
Naast ondersteuning bij de opbouw van de graanbanken leverde Plan International ook het nodige materiaal voor een goed beheer van de banken én een correcte opslag van het graan (zoals paletten). Elke graanbank wordt beheerd door een comité dat door ons werd opgezet, opgeleid en ondersteund, en krijgt na de oogst van elke boer maximaal vier zakken maïs van 100 kg. Zodra een graanbank volledig vol zit, is de gemeenschap klaar om de hardnekkige voedselschaarste tijdens de overbruggingsperiode te trotseren.
Zes vrouwenverenigingen, goed voor een totaal van 726 leden, hebben zes graanbanken opgericht in zes gemeenschappen in Bougouni en Dioïla Cercle. Sinds het in werking treden van de eerste banken, in februari 2023, hebben al meer dan 300 gezinnen er gebruik van gemaakt.